HOE JE HORMONEN BIJDRAGEN AAN VETVERLIES

HOE JE HORMONEN BIJDRAGEN AAN VETVERLIES

Afvallen en vetmassa verliezen is niet makkelijk. Op sommige dagen ga je als een speer en ben je super gemotiveerd en op andere dagen lijkt het of niks werkt en is je motivatie weg. Om je wat meer wegwijs te maken in het proces van je lichaam en wat hormonen hierbij bijdragen zal ik hieronder uitleggen hoe dit in je lichaam werkt.

WAT ZIJN HORMONEN?

Hormonen zijn stofjes die het lichaam actief inzet om bepaalde functies te verrichten in het lichaam. Denk hierbij aan de lichaamstemperatuur. Wanneer de temperatuur laag of te hoog komt te liggen, worden er bepaalde processen in het lichaam in gang gezet om de temperatuur weer op de juiste manier te regelen.

Hormonen worden in het bloed afgegeven en gaan door je hele lichaam waarbij ze op zoek gaan naar de receptor om zo een bepaalde taak uit te voeren. Je moet daarbij denken aan een slot waar een sleutel in moet gaan om de deur te openen. Hierbij is het slot de receptor en het hormoon de sleutel.
Wanneer de deur eenmaal is geopend stopt het lichaam met het vrijgeven van het hormoon.

Hormonen worden op diverse plekken geproduceerd in het lichaam, denk hierbij aan:

  • Het brein
  • De bijnieren
  • De alvleesklier
  • De eierstokken
  • De zaadballen

LEPTINE

Leptine is een eiwithormoon en bestaat uit 167 aminozuren. Dit hormoon is voornamelijk terug te vinden in vetweefsel. Dus hoe meer vetmassa je hebt, hoe meer van het hormoon Leptine aanwezig is.

Hoge Leptinespiegels betekent dat er veel reserve brandstof aanwezig is en dus niet zuinig hoeft worden omgegaan met energieverbruik.  Hierdoor wordt de productie van Thyroidhormoon (TSH) actief gezet.  TSH is een index van de schilklierfunctie.

Wanneer de leptine is verhoogd zul je een verminderd hongergevoel hebben, omdat het lichaam geen energie nodig heeft. Echter wanneer je veel suikers binnenkrijgt, kun je jezelf juist overeten omdat suikers de leptine onderdrukken. Dit is een van de redenen waarom sommige mensen grote hoeveelheden calorieën naar binnen kunnen torpederen in een no time.

Je zou denken dat bij personen met overgewicht dat ze minder honger hebben, echter is het tegendeel waar. Door de langdurige blootstelling van Leptine wordt het lichaam minder gevoelig voor dit hormoon. Het hormoon verliest zijn functie.

Voor personen met overgewicht kan het daarom handig zijn om een activity tracker aan te schaffen. Dit geeft een beeld van het aantal calorieën dat op een dag verbruikt wordt. Hier kunnen zij vervolgens hun calorie inname op afstemmen.

 

HET SCHILDKLIERHORMOON

De schildklierhormonen reguleren de hoeveelheid energie dat door ons lichaam en cellen worden opgenomen en verbruikt. De energie die verbruikt wordt in onze cellen wordt geregeld door de mitochondriën. Dit zijn kleine organismen in de cellen die ervoor zorgen dat de cel energie heeft. Deze energie wordt ook wel ATP genoemd en wordt gemaakt uit koolhydraten, eiwitten en vetten.

De productie en afgifte van schildklierhormonen worden geregeld door een feedbacksignaal waarbij de hypothalamus, hypofyse en schildklier betrokken zijn. Activering van schildklierhormonen worden vervolgens gecontroleerd in lichaamsweefsel zoals de lever, hersenen en nieren door enzymen die Thyroxine (T4) omzetten in Triiodothyronine (T3). Op deze manier wordt het grootste deel van het circulerende Triiodothyronine (T3) (ongeveer 80%) in het lichaam geproduceerd.

Triiodothyrine draagt bij om controle te behouden over spieren, breinontwikkeling en functie, functioneren van het hart en verteringsstelsel. Verder draagt het een grote in je metabolisme en het onderhoud van botgezondheid. Het heeft dus een grote rol in het metabolisme. Andersom geldt hetzelfde, wanneer je minder reserves (vetmassa) hebt of een lager bloedsuikerspiegel dan zal T3 ook minder actief zijn.

Voor de productie van schildklierhormonen is jodium, Tyrosine, zink en selenium nodig.

 

JODIUM

Zit in de producten zout (JoZo) en brood.

 

TYROSINE

Dit is een aminozuur en is het meest terug te vinden in eiwitrijke producten zoals vlees, vis, eieren en zuivel. Maar ook in noten, bonen, haver- en tarweproducten zit Tyrosine.

 

ZINK

Dit zit voornamelijk in vlees, vis, bepaalde groenten en noten.

 

SELENIUM

Dit is een spoorelement dat zich in de lever bevindt en kun je terugvinden in vis en bepaalde noten zoals paranoten.

Personen met een traag werkende schildklier hebben lage schildklierhormoon spiegels waardoor zij sneller zullen aankomen in vetmassa. Dit komt omdat het energieverbruik in het lichaam lager ligt. De oorzaak hiervan kan met verschillende factoren te maken hebben.

Het kan zijn dat er te weinig Thyroid (TSH) hormoon wordt aangemaakt of dat er te weinig Thyroxine (T4) wordt geproduceerd. Dit kan ontstaan door het hormoon cortisol. Cortisol is een stresshormoon welke een negatieve invloed heeft op Thyroid hormoon en de omzetting van T4 naar T3 kan remmen.

Cortisol remmende supplementen kan hierbij een oplossing zijn, bijvoorbeeld:

Ook kan een langere periode van afvallen ervoor zorgen dat er minder T3 wordt aangemaakt.  Daarentegen hebben personen met een overactief schildklierhormoon moeite met aankomen of op gewicht blijven. Het lichaam verbruikt teveel energie waardoor er minder voedingsstoffen aanwezig zijn om spiermassa aan te zetten.

 

GROEIHORMOON (HGH)

Het groeihormoon is een peptidehormoon dat bestaat uit 181 aminozuren. Het wordt in de hersenen geproduceerd en daar afgegeven aan de bloedbaan, waarna het bij divers weefsel terecht komt.

Er zijn verschillende vormen van groeihormonen die elk zijn eigen invloed hebben op bepaald weefsel en processen in het lichaam. Twee voorbeelden is het Parapluterm hormoon Dit is voor de botten, de zenuwen, de spieren en de geslachtshormonen. Insuline en het groeihormoon hebben samen effect op de afgifte van IGF-1. Dit is een zeer anabool hormoon, wat betekent dat dit zeer potent is in het opbouwen van spiermassa.

De vrijgeving van groeihormonen wordt voornamelijk bepaald door de voedingstoestand waar wij ons verkeren. Groeihormoon zou met name vrijgegeven worden in een gevaste toestand waarin wij geen zware inspanning doen en energie nodig hebben. Daarom vindt het grootse gedeelte van de groeihormoonproductie plaats ’s nachts in je slaap.

Het groeihormoon zorgt ervoor dat je lichaam glycogeen bespaard en vetten afbreekt om alles te voorzien van energie. Hierdoor is er voldoende glycogeen beschikbaar in het brein en de lever. Je brein en lever kunnen hierdoor herstellen van alle belasting dat ze overdag gehad hebben.

Verder is glycogeen in spierweefsel een zeer belangrijke factor voor het voorkomen van spierafbraak. Het groeihormoon zorgt er dus voor dat er meer glycogeen beschikbaar is voor spierweefsel en er geen glycogeen uit de spier kan worden onttrokken.

 

SAMENSPEL VAN DEZE HORMONEN

De hormonen hebben allemaal met elkaar te maken in het verliezen van vetmassa.

Door Leptine wordt er gesignaleerd of er voldoende aan reserve brandstof  is of dat er te weinig is en geeft dit vervolgens door aan het brein. Hier worden dan aan de hand van of er te veel is of te weinig schildklierhormonen geproduceerd die bepalen hoeveel energie er verbruikt mag worden.

Hebben we energie nodig maar is er te weinig glycogeen aanwezig in de bloedbaan dan worden er groeihormonen geproduceerd. Deze zorgen ervoor dat de lever vetweefsel afbreekt en doorstuurt naar de bloedbaan. Vervolgens worden de vetten opgenomen door de cellen waar de mitochondriën dit omvormen naar energie (ATP).

 

SUPPLEMENTEN VOOR VETVERLIES

Er is een breed aanbod aan supplementen die je kunnen helpen bij het verlies van vetmassa.
Zo zijn er diverse vetburners in het assortiment.

Ook kun je overwegen om Greenshakes te gaan gebruiken. Deze zitten vol met antioxidanten welke ervoor zorgen dat vetcellen makkelijker kunnen worden afgebroken.

Het gebruik van supplementen voor de nachtrust kan ook bijdragen aan het verlies van vetmassa. Het groeihormoon is ‘s nachts het meest actief en wanneer jij goed en diep slaapt, hoe meer het groeihormoon kan bijdragen aan het verlies van vetmassa.

Terug naar blog